Om de financiėle toestand van Belgiė gezonder te maken voorziet het regeerakkoord een aantal ingrepen die hun weerslag vinden in de verhoging van de roerende voorheffing van 15 naar 21 procent op obligaties, kasbons en staatsleningen, alleen voor de huidige uitgifte van de staatslening wordt daarop een uitzondering gemaakt. Volgens de belangenvereniging Dolor pleegt de overheid daarmee echter contractbreuk en Dolor wil daartegen stappen ondernemen.
Discriminatie en woordbreuk. De juridische stappen zijn gebaseerd op zowel discriminatie als woordbreuk. Discriminatie omdat er verschil gemaakt wordt tussen de twee groepen spaarders : de groep die eerder obligaties, staatsleningen en kasbons kocht en de groep die nu intekende. Ten overstaan van de eerste groep pleegt de overheid woordbreuk omdat, iedereen die in de loop van de vorige jaren veilig wou beleggen en rekende op een bruto-opbrengst min 15 procent roerende voorheffing, zal nu door de maatregel 6 procent extra belasting moeten betalen. In bepaalde gevallen kan dat zelfs oplopen tot 10 procent belastingsverhoging.
Brave spaarder. Het gaat hier, voor alle duidelijkheid, niet om aandeelhouders die een risico hebben genomen maar om brave spaarders die als trouwe huisvaders dachten hun geld veilig te beleggen. Hendrik Boonen zal, als afgevaardigd bestuurder van de vzw Dolor, het nodige doen om deze maatregel juridisch aan te vechten van zodra het regeerakkoord kracht van uitvoering heeft en hij roept parlementsleden op om bij de toekomstige stemming van de begroting minstens deze beslissing weg te stemmen. Reacties worden ingewacht op het bekende email adres :
