Gebruikersnaam

Wachtwoord

Onthouden

Wachtwoord vergeten?

Aantal Bezoekers
16936893





Laatste artikelen
Persbericht MM22071042
Persbericht MM22071042
Belfius bank: Al de hele dag technische problemen met internet bankieren.
Andy Vermaut in het vizier van Morsum Magnificat-Update1
Brandweer Tienen: Kapitein op het schip van de burgemeester.
Bart De Wever : Geen, maar toch veel politiek in de 11 juli nota.
10 juli 2011
Misschien krijgt Bart De Wever, naar voorbeeld van Edward Anseele, ooit een standbeeld.

Bezoekers website Morsum Magnificat : 1.120.500
Kortijk / Lanaken 10 juli 2011

In augustus 1885 was te Antwerpen de Belgische Werkliedenpartij definitief gesticht, er was een lange wordingsgeschiedenis aan vooraf gegaan. In 1887 had er zelfs een Vlaamse en Brabantse socialistische partij bestaan; in het Waalse land werd de klassenstrijd weliswaar met meer hartstocht gevoerd, maar men volgde daar over het algemeen de anarchistische richting, wat niet in de smaak viel van de minder heet gebakerde en meer van een zorgvuldige organisatie verwachtende arbeiders uit het Vlaamse land en dit Vlaams socialisme was aanvankelijk nauw verbonden geweest met de Vlaamsgezindheid. Ook Edward Anseele beriep zich graag op de oude Vlaamse grootheid en gebruikte daarbij een belangrijk deel van de flamingantenromantiek. Dit zijn citaten en passages uit "De evolutie van de Vlaamse Beweging van 1795 tot 1950" van Leo Picard.


Wordt het voor De Wever  een "Rode Italiaan" of toch maar een "Rode Argentijn"?

11 Juli Feestrede.
In de aanloop naar de Vlaamse Feestdag, morgen 11 juli, hield Bart De Wever een feestrede op de Kortrijkse Groeningekouter. Doorheen zijn carrière heeft Bart De Wever uiteraard veel 11 juli toespraken gehouden, van onooglijke achterzaaltjes die nog niet eens half gevuld waren tot vandaag voor het Groeningemonument in Kortrijk.
  

Geen politiek.
Niettegenstaande Bart De Wever bij aanvang aankondigt dat de pers eraan is voor de moeite omdat het geen politieke toespraak zal worden, gaat hij, na het eren van Conscience en hem te danken voor het feit dat hij Vlaanderen, in tijden van armoede, leerde lezen, feilloos over naar de politiek zeggend dat Vlaanderen geen enkele reden heeft tot zelfgenoegzaamheid en dringend de hand aan de ploeg moet slaan omdat er op sociaal-economisch vlak alarmsignalen knipperen.

Uitgeperst.
Zijn rede ontwikkelt zich als volgt : Onze actieve bevolking wordt stilletjes aan een te smalle basis om onze sociale voorzieningen te ondersteunen. Het aantal werkenden dat geld in het laadje brengen, slinkt zienderogen. In België zijn er per 100 inwoners tussen de 24 en 64 jaar slechts 67 mensen aan het werk. Wij kampen dus met een structureel lage arbeidsdeelname bij de actieve bevolking. En die te kleine actieve bevolking zal niet volstaan om de vergrijzingskosten op te vangen: met name de stijgende kosten in de gezondheidszorg en de stijgende pensioenlasten. Nu al kreunen werkende mensen onder een belastingsdruk die bij de hoogste is van de wereld. Die citroenen zijn nu al uitgeperst. Reserves in de Belgische schatkist zijn er echter niet. Ondanks de hoge belastingen is er een enorme schuld opgebouwd die als een zwaard van Damocles boven ons hoofd bengelt.

Overheid moet besparen.
De boodschap zou dus duidelijk moeten zijn: de overheid moet drastisch besparen en we moeten gedurfde sociaal-economische hervormingen doorvoeren om meer mensen aan het werk te krijgen. De aanbevelingen van de Europese Commissie aan België in het kader van het Europees semester logen er niet om:
° We zullen langer effectief moeten werken, er is geen ontkomen aan;
° We zullen de evolutie van onze loonkosten in overeenstemming moeten brengen met die van onze buurlanden;
° We moeten de werkloosheidsuitkeringen en de arbeidsmarkt hervormen met de focus op activering;
° We moeten de overheidsschuld afbouwen via saneringen i.p.v. via nieuwe inkomsten.

Niet laten sussen.
In Duitsland heeft men die boodschappen eerder al begrepen. Onder het bewind van de socialist Schröder werden er in samenwerking met de vakbonden al grondige hervormingen doorgevoerd. En het is dankzij de spillover van die Duitse hervormingen, dat onze economische situatie er vandaag iets rooskleurig voorstaat dan ze in werkelijkheid is. We mogen ons door de tijdelijk goede conjunctuur zeker niet laten sussen, maar er juist gebruik van maken om met de aanbevelingen van Europa aan de slag te gaan. Ik denk dat er daarover in Vlaanderen trouwens in grote lijnen een consensus bestaat. Er bestaan politieke meningsverschillen over de reikwijdte van de voorgestelde maatregelen, over de termijn, over de verhouding besparingen en belastingen. Maar er is een ruime eensgezindheid over de finaliteit: nu grondig hervormen om ons sociaal systeem in stand te houden.

Geen eensgezindheid.
Het is echter de jongste dagen opnieuw gebleken dat deze eensgezindheid niet bestaat op het federale niveau. Daar ligt het kalf gebonden. En niet sinds een jaar, maar al vele jaren. Terwijl de uitdagingen op ons afkomen, slagen we er op het Belgisch niveau al lang niet meer in om adequaat te reageren. Het is het goed recht van de meeste Franstalige partijen om te denken dat we er nog maar eens kunnen doorgeraken zonder diepgaande hervormingen. Gewoon de gaten stoppen, vooral met lastenverhogingen, en de boot kan wel weer verder varen. Maar deze partijen hebben niet het recht om dit status quo denken op te dringen aan de Vlaamse meerderheid. Wie niet mee wil hervormen, kan volgens mij niet anders dan de logica te aanvaarden dat beide landsdelen de mogelijkheid moeten krijgen een eigen beleid te voeren op eigen verantwoordelijkheid.

Octopusnota.
De Vlaamse partijen hebben deze logica vastgelegd in de Octopusnota, die deel uitmaakt van het Vlaams regeerakkoord. Eerder al stond die logica al in de vijf resoluties van het parlement, die al sinds 1999 de vrijwel unanieme wil van Vlaanderen uitdrukken tot institutionele verandering. Maar  opnieuw reageerde het Franstalig establishment sindsdien zoals steeds: too little, too late. Deze blokkering heeft nu haar culminatiepunt bereikt. Zoals gezegd kan en wil ik niet namens iedereen spreken in Vlaanderen, maar ik kan mij alleszins niet langer tevreden stellen met het zogezegd  ‘maximaal haalbare’ dat ons wordt aangeboden. Ik kan geen genoegen meer nemen met wat gerommel in de marge, wat verschuivingen in de budgetten en de overdracht van een bevoegdheidje hier en daar om vervolgens te doen alsof de grote hervormingen zijn doorgevoerd. Ik weiger in dat toneel mee te spelen.

Niet hopeloos.
Is daarmee de toestand hopeloos? Ik denk van niet. Dit land beleefde eerder al zeer diepe crisissen als voorbode van grote verandering. Soms lijkt het zelfs dat deze crisissen nodig zijn om eindelijk de bakens echt te kunnen verzetten. Inzichten kunnen wel degelijk radicaal veranderen. Ik wil u een citaat voorlezen dat vandaag precies 50 jaar oud is: “Niemand kan ontkennen dat het aanschijn van België ten zeerste gewijzigd werd sinds het begin van deze eeuw. De herleving van Vlaanderen en de bewustwording van Wallonië hebben het Franse België van 1830 vervangen door een België dat is samengesteld uit twee gemeenschappen, verschillend naar taal, cultuur, geestesgesteldheid en belangen. Deze twee gemeenschappen verlangen ernaar te leven in een klimaat van loyale verstandhouding en wensen hun individualiteit en hun rechten te zien eerbiedigen.”

Herziening grondwet.
Het is de opening van een voorstel tot herziening van de grondwet, neergelegd door de PS op 11 juli 1961. Vandaag, precies 50 jaar later, is die analyse meer dan ooit correct. Laat ons hopen dat de Franstaligen ze opnieuw voor ogen willen nemen. Het is het juiste inzicht en de sleutel tot een toekomst waarin beide gemeenschappen slagkrachtiger zullen worden en elkaar zullen versterken i.p.v. blokkeren.

Niet meer aanmodderen.
Iedere crisis draagt een opportuniteit in zich. De opportuniteit die vandaag voor ons ligt, is om op een correcte maar kordate manier duidelijk te maken dat Vlaanderen niet meer wil aanmodderen. Ik hoop dat degene die hier volgend jaar de staat van onze natie zal opmaken, zal kunnen terugblikken met de woorden dat het allemaal extreem moeilijk was, maar dat het uiteindelijk toch de moeite loonde.

NVDR :
Gesproken woord.
Omdat op de persnota diverse malen wordt aangegeven dat "alleen het gesproken woord telt" bestaat de mogelijkheid dat in de praktijk de rede enigszins verschilt van de schriftelijke echter, Bart De Wever wat betreft toespraken een beetje kennende, zal de essentie, als er geen grote onvoorziene gebeurtenissen zijn, wel gelijk blijven.

Bron : N-VA

Redactie Morsum Magnificat ® Professioneel
jvds

Laatste update ( 11 juli 2011 )

© 2005-2008 Morsum Magnificat Professioneel ® - Alle rechten voorbehouden.